Kringbijeenkomst 28 november: Familieconflicten in Genesis
Geschreven op .
Michael Elias over Familieconflicten in Genesis
Over het eerste boek van de joodse en christelijke bijbel zijn bibliotheken volgeschreven en er is in de geschiedenis eindeloos gediscussieerd over vragen als: hoe kan de wereld in zeven dagen zijn geschapen, waar zou de tuin van Eden gelegen kunnen hebben, hoe hoog was de toren van Babel, wat voor figuur was Abraham?
Een vraag die René Girard vaak bezighield luidt: in welk opzicht zijn de verhalen in Genesis te vergelijken met mythen uit de oudheid? Kan de mimetische theorie daar vanuit het zondebokmechanisme licht op werpen? Rabbijn Jonathan Sacks sluit zich aan bij deze vraagstelling, die hij uitwerkt in commentaren bij het eerste boek van de Tora. Daarbij gaat hij nauwgezet in op de verhaallijn in Genesis die de ontwikkeling van familieverhoudingen schetst, met vragen als: kunnen wij ons inleven in de hoofdpersonen? Hoe worden ze gepresenteerd? Welke motieven zijn er te onderkennen?
De moord van Kain op Abel, de gevoelens van jaloezie tussen Sara en Hagar, de rivaliteit tussen de halfbroers Ismaël en Isaak, tussen de tweeling Jakob en Esau, tussen Lea en Rachel, Jozef en zijn broers lopen uit op een vredig slot, met de zegen van Jakob aan Efraim en Manasse - waarna de grootfamilie in Exodus een volk kan worden.
Kringbijeenkomst 26 september: William Cavanaugh en COV&R 2025
Geschreven op .
Op vrijdag 26 september zal er een digitale bijeenkomst worden gehouden als follow up van de presentatie die William Cavanaugh als key note spreker heeft gegeven tijdens de COV&R 2025 in Rome. Cavanaugh zelf zal vanuit zijn woonplaats Chicago aan deze bijeenkomst deelnemen, reden waarom de tijd is gezet op 16:00 tot 18:00. Het boekwaar Cavanaugh voor deze presentatie uit putte was zijn recent verschenen The Uses of Idolatry, dat we hierbij van harte aanbevelen. De tekst van zijn lezing op de COV&R en een recensie van zijn boek vindt u hier.
De jaarlijkse internationale conferentie gewijd aan de mimetische theorie van René Girard werd dit jaar georganiseerd door de Australian Catholic University en deze organisatie stelde daar haar vestiging in Rome voor beschikbaar. Het thema was 'Spiritualiteit, religie en het sacrale', waarbij het spanningsveld tussen spiritualiteit en religie breder als gewoonlijk werd uitgemeten.
Hoewel er fundamentele verschillen zijn met de kritiek die vanuit seculiere hoek naar de religie toe komt, vinden we in de moderniteit ook de nodige aantallen mensen die zichzelf begrijpen als ‘spiritueel maar niet religieus’. Vanuit de mimetische theorie van René Girard is er vanaf het begin af aan – al heel expliciet in De romantische leugen en de romantische waarheid – aandacht geweest voor het onderscheid tussen ware en valse of afgeleide transcendenties.
Tijdens deze COV&R is er de nodige aandacht besteed aan het genoemde spanningsveld waarbij gekeken werd naar thema’s als de cultus van beroemdheden, nationalisme, consumentisme en idolatrie. In de bijeenkomst van 26 september zal teruggekeken worden op deze conferentie, en kunnen we met William Cavanaugh in discussie gaan.
Op de kringbijeenkomst van 23 mei 2025 zal Aldo Houterman een inkijk geven in het werk van Michel Serres (1930-2019), Frans filosoof en net als René Girard, lid van de Académie française. Aldo Houterman is docent en onderzoeker sportfilosofie aan de Erasmus School of Philosophy van de Erasmus Universiteit Rotterdam en auteur van het boek Wij zijn ons lichaam: wat sport en beweging ons vertellen over menselijk gedrag.
Momenteel werkt Houterman aan een proefschrift over welke visie Serres in zijn oeuvre ontwikkelt op het lichaam, beweging en sport. Serres speelde rugby en deed aan bergbeklimmen. In zijn vroege jaren (’50-’60) schreef hij al over ‘la condition corporelle’ in reactie op de fenomenologie van Merleau-Ponty en bereidt hij een artikel over sport voor waarin hij betoogt dat het in de sport niet draait om de individuele ervaring, maar een collectief fenomeen is geworden vanwege de technische objecten, zoals de bal, het stadion en de camera. In zijn boeken Les cinq sens (1985), Variations sur le corps (1999), Hominescence (2001) ontwikkelt Serres een filosofie van het lichaam vanuit vele sportvoorbeelden en betoogt hij dat gymnastiek ontologisch voorafgaat aan metafysiek. In het proefschrift ligt de focus op de vraag hoe Serres’ filosofie van waarde kan zijn voor discussies over de rol van sport in een samenleving die gekenmerkt wordt door o.m. algoritmisering, preventieve geneeskunde en klimaatafhankelijkheid.
Op 14 maart 2025 zal Joachim Duyndam onder de titel ‘Girard als filosoof?’ ingaan op de vraag in hoeverre het denken van René Girard als een zelfstandige bijdrage aan de filosofie begrepen kan worden. De reden om de vraag (Girard als filosoof?) überhaupt te stellen is dat hij zelf geen filosoof is, zijn werk qua stijl en concepten ook niet typisch filosofisch is, dat hij zelfs een haat-liefde verhouding heeft tot filosofen en de filosofie (een verhouding die overigens wederzijds is). Girards mimetische theorie is een typisch interdisciplinaire theorie en kent belangrijke accenten vanuit de antropologie en de literaire kritiek, maar zijn theorie heeft wel degelijk filosofische pretenties, in de zin dat het een fundamentele theorie is over de uitgangspunten van het menselijk bestaan.
Indien we Girard als filosoof benaderen, dan komt ook de vraag op: bij welke filosofische traditie zou je het denken van Girard willen laten aansluiten? In een eerdere publicatie ‘De fenomenologie van René Girard’ voor het Tijdschrift voor Filosofie heeft Joachim Duyndam op deze vraag een antwoord voorgesteld door Girard in de fenomenologische traditie te plaatsen. Deze gedachte wordt verder uitgewerkt en concreet gemaakt in een serie colleges en podcasts die Duyndam op zijn nieuwe website BetekenisLab heeft geplaatst onder de titel ‘Fenomenologie in opbouw’. Deze serie begint met een inleiding aan de hand van het werk van Edmund Husserl en vervolgt met een behandeling van het werk Martin Heidegger, Maurice Merleau-Ponty, Hannah Arendt en Emmanuel Levinas. De podcast over René Girard vormt het voorlopige sluitstuk van deze reeks.
De Mimetische Studies geprofileerd in Nidesh Lawtoo's Girardlezing
Op 28 november 2024 werd aan de Universiteit van Leiden de vijfde Girardlezing gehouden onder de titel The Urgency of Mimetic Studies: From Imitation to (New) Fascism. Nidesh Lawtoo, inmiddels auteur van een hele reeks boeken, waarbij (Nieuw) Fascisme en Homo Mimeticus dit jaar in een Nederlandse vertaling zijn verschenen, liet daarbij zijn licht schijnen over het grote aandachtsgebied rondom de oude Griekse term 'mimesis'. Met de uitslag van de Amerikaanse verkiezingen nog vers in het geheugen, bracht Lawtoo naar voren hoe in de daaraan voorafgaande politieke campagnes veel meer speelt dan alleen de argumenten die in de debatten op tafel komen. Om deze beter in beeld te krijgen zijn juist in onze tijd - waarin we met nieuwe media te maken hebben, en waarin in democratische landen (nieuw) fascistische politici steeds meer grip op het electoraat lijken te krijgen - de mimetische studies van groot belang.
Door de nadruk te vestigen op deze 'mimetische studies' kan er een contrast geschapen worden met de noemer 'mimetische theorie' waaronder het denken van René Girard bekend staat. In zijn lezing gaf Lawtoo te kennen dat hij de vraag 'wat zijn de mimetische studies?' ook aan ChatGPT had voorgelegd. Het antwoord dat daaruit naar voren kwam, een tekst waarin Girard ook genoemd werd, was niet slecht maar een helder onderscheid tussen 'mimetische studies' en de 'mimetische theorie' kon door ChatGPT vooralsnog nog niet gemaakt worden.
Eenvoudig gezegd wordt in de 'mimetische studies' geprobeerd de notie 'mimese' over de hele breedte en door de hele geschiedenis heen te doordenken. Terwijl Girard eerder een denker is met een theorie met specifieke thema's, zoals religie, begeerte en geweld. Hoewel Girard in dialoog gaat met tal van denkers, is het toch in de mimetische studies dat we een meer systematische doorloop (of 'genealogie') van de geschiedenis van de mimese aantreffen, een geschiedenis die helemaal teruggaat op Plato en Aristoteles, en die ook een aantal belangrijke denkers uit de 19de eeuw omvat, zoals Gabriel Tarde en Friedrich Nietzsche. De denkers die vooral figureren in de eerste helft van de 20ste eeuw zijn Roger Caillois en Georges Bataille, en de dominante aanwezigheid in de tweede helft van de 20ste eeuw is dan René Girard, alhoewel we in Lawtoo's werk ook de nodige aandacht vinden voor tijdgenoten van Girard als Jacques Derrida en Philip Lacoue-Labarthe.
Een aantal hedendaagse denkers die door Nidesh Lawtoo bij de 'mimetisch studies' zijn betrokken zijn onder andere William E. Connolly, Jean-Luc Nancy, Edgar Morin, Jane Bennett en Adriana Cavarero, waarvan er een aantal ook online bij de lezing aanwezig waren. Op de website van het ERC project Homo Mimeticus is meer informatie te vinden over deze en andere hedendaagse intellectuelen die de mimetische studies helpen vorm te geven. Hoewel Lawtoo in de lezing duidelijk een aantal punten heeft genoemd waarin de mimetische studies van de theorie van Girard verschilt, is de houding tegenover Girard niet polemisch maar constructief en is er eerder sprake van accentverschuivingen dan van belangrijke tegenstellingen